Het klimaat is mediterraan met droge, warme zomers en korte, milde winters. Het weer is door de typische ligging tussen Pyreneeën en Centraal Massief tamelijk onafhankelijk van dat in de rest van Frankrijk. De depressies uit het westen dringen hier zelden door en het is dan ook een van de droogste streken van het land.
Het uitbundige voorjaar is doorgaans warm (20-25*C) en begint al in maart. Overal in de natuur ziet U dan de roze bloesem van wilde amandel, perzik en abrikoos. De druiven krijgen blad in april. Dit is het hoogtepunt van de bloei in de natuur met o.a. veel soorten orchideeën. In deze tijd hoort U overal rond het huis het onnavolgbare, nachtelijke gezang van de nachtegalen. Soms staat de tramontane, een wind vergelijkbaar met de beruchte mistral, komend vanaf het dan nog koude Centraal Massief. Het kan nog regenen, meestal zijn dat buien.
De mediterrane zomer is warm tot heet en vooral droog, met hooguit een enkele spectaculaire onweersbui, en eindigt in een lange, dromerige nazomer.
Na de druivenoogst in de herfst kleuren de velden in de meest fantastische schakeringen.
De wintermaanden november en december zijn wisselend van karakter. De lang verwachte en gewenste regen kan komen en al of niet wind uit het noorden bepaalt de temperatuur. Januari en februari zijn doorgaans mild. Het land blijft in de winter een groen uiterlijk houden, niet alleen door de naaldbomen en cipressen maar ook door de groene eiken die geen blad verliezen. Er is altijd wel iets dat in bloei staat. Nachtvorst komt regelmatig voor, maar als overdag de zon schijnt kan dan de temperatuur weer oplopen tot 15-20*C. Als de noordenwind staat kan het buiten behoorlijk koud aanvoelen. Vorst overdag is uiterst zeldzaam en sneeuw valt er zelden. Wel ziet U in de verte de sneeuw in de bergen en voor skiën maakt men een dagtripje naar de Ardeche of naar Andorra.